Aanleiding
Een vleesveehouder uit het zuidwesten van de provincie wil weten of het rendabel is om zijn vlees- en zoogkoeienbedrijf om te zetten naar een biologische melkveehouderij. LAP-adviseur Kees Water (Ekopart) heeft deze case in behandeling genomen.
Doelstelling
Het verkennen van de bedrijfstechnische- en bedrijfseconomische perspectieven van de start van een biologisch melkveebedrijf.
Kernvraag
Middels het bedrijfsplan wordt inzicht geboden in de technische, bedrijfseconomische en sociale perspectieven voor de toekomst:
- Hoe moet de toekomstige bedrijfsstructuur eruitzien?
- Welke investeringen zijn hiervoor noodzakelijk?
- Wat zijn de financiële jaarlasten?
- Levert de bedrijfsopzet voldoende rendement op om:
- aan de jaarlijkse financiële verplichtingen te voldoen
- in de noodzakelijk gezinsuitgaven te voorzien
- voldoende te reserveren voor vervangende investeringen
Huidige Situatie
Het betreft hier een voormalig melkveebedrijf. De boer heeft thans een vleesveebedrijf en werkt daarnaast als technisch medewerker voor een melkinstallatiebedrijf. Er zijn gronden in eigendom en pacht in de omgeving van de boerderij. Daarnaast heeft de boer thans 55 ha natuurland in onderpacht op ca 30 km afstand. De stal is reeds grotendeels aangepast voor het opstallen van melkvee en jongvee. De boer wil in de zomer van ’24 de melkstal gaan inrichten. De capaciteit van de mest- en voeropslag is voldoende.
Het plan
In het plan wordt ervan uitgegaan dat het bedrijf per einde 2024 - begin 2025 biologische melk kan leveren. Het plan hiervoor is om in het voorjaar van 2024 de huidige vleesvee-veestapel te vervangen door pinken en vaarzen voor de opbouw van de melkvee-veestapel. Deze kunnen direct in omschakeling worden gebracht op het biologische land. Hiervoor is het land per mei 2022 in omschakeling gebracht. Het natuurland dat thans via onderpacht in gebruik is, biedt niet voldoende zekerheid voor gebruik in de toekomst en is daarom niet opgenomen in dit plan. Uitgangspunt is dat de melkveestapel wordt afgestemd op de eigen ruwvoerruimte en stikstofplaatsingsruimte. Het bedrijfsplan is gebaseerd op de aangedragen uitgangspunten en de resultaten van voorgaande jaren.
Bij de plannen uitgegaan van een bedrijfsvoering:
- Conform de EU-norm voor de biologische landbouw.
- Datagegevens van de biologische melkveehouderij van Ekopart en DLV-Rundvee Advies
- Kwantitatieve Informatie 2023-2024
Alle in het rapport vermeldde bedragen en prijzen zijn exclusief BTW
Uitgangspunt is dat de bedrijfsopzet met een melkveestapel wordt afgestemd op de eigen ruwvoerruimte en stikstofplaatsingsruimte.
Saldi
In het bedrijfsplan is het saldo van de melkveehouderij opgesteld.
Omzet en aanwas
Bij de omzet en aanwas is uitgegaan van € 280,- per aanwezige koe, gebaseerd op de resultaten in de biologische landbouw.
Toeslagen
De toekomstige ha-toeslagen en GLB-gelden zijn berekend op basis van dec. 2023 met eco-regeling goud. Er is alleen gerekend met GLB op eigen en gepachte landbouwgrond.
Vergoeding natuur/landschapsbeheer
Deze is opgenomen als 50% van de huidige inkomsten uit agrarisch natuurbeheer.
Overige opbrengsten
Deze is opgenomen als gemiddelde van de huidige inkomsten.
Toegerekende kosten
Voerkosten
In het Plan is het beschikbare areaal landbouw- en natuurgrond afgestemd op de behoefte van de melkveestapel.
In het Plan is uitgegaan van een melkproductie van 7.000 kg per koe met ca. 24,1 kg biologische brok per 100 kg melk. De krachtvoerprijs is gebaseerd op een gemiddelde brok met 55,50 per 100 kg.
Veekosten
De kosten voor zijn Ki en melkcontrole zijn gebaseerd op zelf-inseminatie.
De kosten voor diergezondheid en overige veekosten zijn gebaseerd op het gemiddelde van biologische melkveehouderij. Er wordt gebruik gemaakt van gedroogd strooisel uit de natuur, welke de boer zelf vermaalt.
Landkosten
De kosten voor het land betreffen een reservering voor jaarlijks enig doorzaaien van het gras.
De bedrijfsbegroting
In de bedrijfsbegroting is alleen het melkveesaldo opgenomen.
Het bedrijfssaldo minus de niet toegerekende kosten levert het productieresultaat op.
De niet-toegerekende kosten
Bewerkingskosten
Dat zijn de kosten voor arbeid, loonwerk en eigen mechanisatie (inclusief melkinstallatie).
- Arbeid: er is geen reservering voor externe arbeid opgenomen.
- Loonwerk: gebaseerd op de Huidige Situatie, zonder gebruik van natuurland en gerelateerd aan het gemiddelde van biologische melkveehouderij in de laatste 3 jaar.
- Eigen mechanisatie: gebaseerd op de Huidige Situatie, zonder gebruik van natuurland.
Grond en Gebouwen
- Onderhoud van gebouwen: reservering op basis van de Huidige Situatie
- Lasten: huidige lasten
- Pacht: huidige pacht, minus € 3.300 voor pacht natuurland.
Overig kosten
- Algemene kosten zoals administratie- en kantoorkosten, advies, telefoon, werkkleding en beursbezoek. Deze zijn gebaseerd op uitgaven in het verleden € 2.000 voor certificering- en controlekosten Skal.
- Nutsvoorzieningen (gas, elektra en water). Deze zijn gebaseerd op gemiddelde kosten van de biologische melkveehouderij in de laatste 3 jaar.
Afschrijvingen
Mechanisatiekosten en werktuigen, zijn gebaseerd op de huidige situatie, vermeerderd met de geplande investeringen. Deze worden in 10 jaar afgeschreven. De melkstalinrichting en de stalinrichting worden in 10 jaar afgeschreven. De fosfaatrechten worden in 5 jaar afgeschreven.
Investeringen en financiering
De aankoop van het melkvee wordt zelf gefinancierd uit de verkoop van het huidige vleesvee. De aanpassing in de stal is al grotendeels gereed en wordt door de boer verzorgt.
Vanuit zijn huidige baan als onderhoudsmonteur voor melkveestallen kan de boer zelf goed, tweedehands materiaal voor de melkstalinrichting en de melktank aanschaffen. Hij plaatst en monteert deze zelf.
De benodigde fosfaatrechten:
Bij het financieringsvoorstel voor de investeringen t.b.v. deze plannen is uitgegaan van een aflossingstermijn van 20 jaar. Bij de voorgestelde rente is uitgegaan van een (deel) financiering via Groenfonds.
Resultaat
De resultaten van het bedrijfsplan zijn te lezen in de bijgevoegde plan.
Het voornemen van de boer om, naast het melkveebedrijf, zijn parttime baan te continueren is niet in dit plan meegenomen.
In de bijgevoegde gevoeligheidsanalyse is te zien welke veranderingen de uitgangspunten op het bedrijfsresultaat hebben.
Conclusies
- De keuze om de bedrijfsvoering met vleesvee te vervangen door een biologische bedrijfsvoering met melkvee is een bijzondere keuze in deze periode en getuigt van een hoge mate van vrij denken en kracht.
- Aangezien de boer de kennis en ervaring heeft om goed tweedehands materiaal aan te schaffen en deze zelf te plaatsen en te onderhouden, wordt bespaard op veel extra investeringen en kosten.
- De voorgenomen bedrijfsopzet sluit goed aan op de toekomstige voorwaarden met betrekking tot natuurinclusief boeren en wensen t.a.v. klimaatbeleid.
- De voorgenomen bedrijfsopzet is klein van omvang en karakter maar aangezien de boer ernaast diens baan parttime wil continueren, biedt het bedrijfseconomisch voldoende perspectief.
- De keuze om naast de melkveehouderij de parttime baan te continueren, biedt meer zekerheid voor de toekomst.
- Het bedrijf heeft voldoende zekerheden voor een financiering van uw plan.
Algemene aanbevelingen en advies
- Geef in uw directe (bedrijfs-) omgeving kenbaar wat uw plannen zijn en zoek hierbij partijen die u behulpzaam kunnen zijn om meer land duurzaam aan uw bedrijf te koppelen.
- Neem kennis van de regelgeving biologische productie methoden en aanvullende voorwaarden via: skal.nl en www.ikbenbio.org/aanvullende-normen/
- Ga in overleg met uw bank en vraag hen u behulpzaam te zijn bij het realiseren van uw plan.
- Bezie of u in aanmerking kunt komen voor een financiering via het investeringsfonds duurzame landbouw https://www.nationaalgroenfonds.nl/fondsen/investeringsfonds-duurzame-landbouw/
- Informeer uw zuivelfabriek van uw voornemen en vraag hen om de mogelijkheden om de melk biologisch af te zetten.
- Ga in overleg met uw accountant om de fiscale consequenties te bespreken
- Kijk op voor ondersteunende maatregelen: RVO.nl
24.107/mz
Bijlage Resultaat in ct. per kg melk